Vrijwilligers zetten zich ’belangeloos’ in voor een organisatie of instelling. Toch is die inzet niet vrijblijvend. Beide partijen, vrijwilliger én organisatie hebben bepaalde verwachtingen van de samenwerking. Een vrijwilligerscontract kan ervoor zorgen dat wederzijdse verwachtingen duidelijk zijn.
Voorbeelden van vrijwilligersovereenkomsten
Net als een betaalde werknemer heeft ook een vrijwilliger recht op duidelijkheid en moeten er bepaalde afspraken worden gemaakt tussen de vrijwilligers en de organisaties waar zij voor werken. Hier vind je enkele voorbeelden van een vrijwilligersovereenkomst.
Vrijwilligerscontract: van waarde of waardeloos?
Wanneer is een vrijwilligerscontract van waarde en hoe wordt met schending van een contract omgegaan? Een vrijwilligerscontract is van waarde als het goed is opgesteld en goed wordt nageleefd. Het is een formele vastlegging van wat mondeling is afgesproken en wordt pas echt van belang op het moment dat discussie ontstaat over de afspraken of de naleving van de afspraken. Het contract is rechtsgeldig, zoals overigens alle contracten. Maar hoe gaat een rechter in de praktijk met schending om?
Wanneer een vrijwilliger zich erg in zijn/haar recht aangetast voelt, bijvoorbeeld door ontslag op staande voet, na zoveel jaar vrijwilliger te zijn geweest, zal de rechter niet snel een vonnis uitspreken richting een organisatie. Om die reden, dat het hier een vrijwilliger betreft en niet om een betaalde medewerker.
Wel zal erkend worden dat het op zijn minst een onrechtmatige daad is en dat de vrijwilliger niet netjes werd behandeld.
Als een betaalde werknemer ontslagen wordt, kan een contract niet zomaar straffeloos ontbonden worden (tenzij daar gegronde redenen voor zijn natuurlijk). Een werknemer zal in zo’n geval een schadevergoeding (afkoopsom,’gouden handdruk’) of smartengeld eisen. Deze vergoeding heeft dan een relatie met de verrichte arbeid en wordt ook door de belastingdienst zo behandeld.
Bij een vrijwilliger ligt dit moeilijker: het verstrekken van een schadevergoeding aan een vrijwilliger kan erop duiden dat er een arbeidsverhouding was, met alle financiële gevolgen van dien (loonheffing, premies en dergelijke).
Smartengeld is bij vrijwillige inzet ook een moeilijke optie. Om het smartengeldbedrag (hoe zou dat berekend moeten worden?) te ontlopen zou een organisatie ervoor kunnen kiezen door te blijven werken met een vrijwilliger die niet binnen het team past. Geen wenselijke situatie.
Waarom dan toch een contract?
Om werktijden, onkostenregeling, ‘wat te doen bij conflicten’ en rechten en plichten te omschrijven kan een contract voor gebruik op de werkplek zinvol en nuttig zijn.
De beste optie is dan een vrijwilligerscontract op te stellen dat in de tijd beperkt is, en dus een einddatum heeft. Een contract met een einddatum betekent dat van rechtswege het afloopt. Dat is dus voor beide partijen duidelijk!
Er kan dan – in overleg – een nieuw contract worden aangegaan, waarbij de afgelopen periode in relaxte sfeer geëvalueerd kan worden.
Kortom, een vrijwilligerscontract is, mits goed opgesteld, in de duur beperkt en goed nageleefd, van groot belang in de zorgvuldige behandeling van vrijwilligers bij een organisatie.
( deze tekst is afkomstig van een ingekort artikel, verschenen in VAKWERK nr. 1 2006 – Auteur: Edgar Kannekens – Uitgever: CIVIQ Utrecht/ MOVISIE )