Dat vrijwilligerswerk écht hard werken is, weet John Martin, coördinator bij het COC Limburg en vrijwilliger bij de Voedselbank Limburg als geen ander. Maar dat het meer energie oplevert dan kost, haal je ook uit zijn verhaal.
Hij proefde in 2008 voor het eerst aan vrijwilligerswerk als secretaris van Buurtplatform Malpertuis. Die functie vervulde hij tot januari vorig jaar. Toen hij in 2009 arbeidsongeschikt werd, nam zijn carrière als vrijwilliger een flinke vaart. Al zijn vrijwilligerswerk leverde hem in 2015 zelfs de Vrijwilligersprijs van de gemeente Maastricht op.
Een drukke agenda
“Op dit moment doe ik het meeste vrijwilligerswerk voor COC Limburg. Ik zit in de werkgroepen Roze Plussers en Cocktail. Deze werkgroepen zijn er voor lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen en transgenders (lhbt’ers) in de asielzoekerscentra en lhbt’ers boven de 50. Ik ben coördinator van de werkgroep SoZo Limburg. SoZo zorgt voor een veilige ontmoetingsplek voor lhbt’ers met een licht verstandelijke beperking en hun omgeving. We bezoeken samen landelijke evenementen en organiseren hier in Maastricht maandelijks een café: Café Rosé.” Daarnaast kom je Martin elke donderdagmiddag tegen op het Fatimaplein bij de Voedselbank: “Ik neem spullen die mensen brengen aan en zet ze op de juiste plek.” Tot slot is Martin eindredacteur van Buurtgazet Noordwest en zit hij in de Cliëntenraad van Trajekt. “Ik bezoek de activiteiten en daar breng ik verslag van uit”, vertelt hij.
Voldoening
Wat het hem oplevert? “Als ik na een drukke middag bij de Voedselbank thuis kom met redelijk wat kilometers in de benen, dan ben ik fysiek flink moe en toe aan rust. Mentaal barst ik echter van de energie. Want de voldoening die je van dit werk krijgt, valt met geen pen te beschrijven. Ook al zijn de verhalen die je te horen krijgt pittig. Het is gewoon fijn om écht iets te kunnen beteken voor andere mensen. Dat doe je uit je hart. En ondanks dat je als vrijwilliger geen professionele hulpverlener bent, je vervult toch de rol van een onmisbare steunpilaar in de maatschappij. Mensen waarderen dat ook. Daarnaast bezorgt het werk mij ook een heleboel leuke sociale contacten. Ik krijg dus meer dan ik geef.”
