“Niks bijzonders” aan vrijwilligerswerk
Het is een familietrekje. En bijna iedereen in de familie Van Dijk heeft er last van: zorgzaamheid. Gerard en Mia, hun dochter, schoonzoon en zelfs kleindochter: alle 5 werken ze als vrijwilliger in Huize Maasveld, een zorgorganisatie waar mensen wonen met een beperking. Vader en moeder Van Dijk al meer dan 25 jaar. De Vrijwilligersprijs Zorg 2018 gaat dus meer dan verdiend naar echtpaar Gerard en Mia Van Dijk.
“De kleindochter van een vriendin woont in Huize Maasveld. Samen met die vriendin bezocht ik een open dag. Gerard werkte er toen al als vrijwilliger. Sinds die open dag ben ik ook vrijwilliger”, vertelt Mia over haar eerste kennismaking met de vrijwilligersbaan. Gerard: “Een vriend vroeg me of ik wilde helpen in Huize Maasveld. Dat heb ik gedaan. En doe ik nog. Zo vaak ik kan.” Het klinkt vastberaden, maar de tranen zitten hoog. Want Gerard heeft de afgelopen maanden fysiek flink moeten inleveren. Sinds november vorig jaar woont hij in zorgcentrum Zevenbronnen in Amby. Mia woont alleen in hun huis in Heugem.
Het werk
Waaruit bestaat hun vrijwilligerswerk in Huize Maasveld? Bij evenementen staat Mia achter de snoep en stond Gerard achter de toog. Daarnaast was het echtpaar iedere woensdag present om te helpen bij de middagactiviteit. Mia is dat nog steeds: “Dan help ik bij het handwerken of verzorg ik de koffie. We spelen spelletjes met de bewoners of kijken gezellig samen een film.” Gerard was een manusje-van-alles in het huis. Of het nu voor zwarte piet spelen was, de handen uit de mouwen steken op de boerderij of mensen van plek a naar b brengen: Gerard was hun man. Mia: “Nog wekelijks vragen de bewoners naar Gerard. Ze missen hem.”
De motivatie
En Gerard mist Maasveld. “Ik ga volgende week weer hoor”, knikt hij. Mia knijpt hem in zijn arm. “Het is lastig voor hem”, zegt ze. “Ik zou het ook missen.” Wat is het toch dat deze 2 mensen zo motiveert? Mia: “Het is dankbaar werk. Kleine Mia, een van de bewoonsters, bijvoorbeeld maakt iedere week een tekening voor Gerard. Thuis ligt een hele map met al haar kunstwerken. Ik bewaar ze allemaal. Het is zo’n schat die Mia, maar dat zijn ze allemaal daar. Ze zijn me allemaal even lief.” “Weet je nog Mia toen we naar Banneux op bedevaart gingen?”, Gerard kijkt zijn vrouw even aan. “Wij gingen mee om de rolstoelen te bougeren. Plezier dat we hebben gehad. Niks bidden, lachen. Dat werd daar gedaan.” Gerard lacht bij de herinnering.
De paplepel
Voor Mia is vrijwilligerswerk niet bijzonder, maar normaal. “Wat heb je aan thuis zitten of niks om handen hebben? Dan kun je je beter nuttig maken. Dat doen we hier in Zevenbronnen ook. Mijn dochter blijft hier ook niet de hele middag aan tafel bij Gerard zitten. Als de vaatwasser klaar is, maakt ze die leeg. Zo zijn wij opgevoed. Zo heb ik hen ook opgevoed.”
De prijs
En dan krijg je zomaar een prijs. Dat had voor Mia niet gehoeven. “Ik vind het vanzelfsprekend om anderen te helpen. En we doen het met plezier. Andere mensen doen het toch ook. Het is niks bijzonders.” Toch genoot ze van de verrassing. In ieder geval nadat ze bekomen was van de schrik. “Ik wist niet wat ons overkwam. Het was leuk dat de wethouder hier opeens stond. De waardering is fijn”, besluit ze.